Reumatoïde artritis [richtlijn]

C.1 Voorlichting en advies

Aanbeveling Bied patiënten met RA voorlichting en advies op maat ter ondersteuning van effectief zelfmanagement en optimalisering van gezondheid en welbevinden.

Toevoeging De therapeut geeft informatie en advies over de aandoening en de mogelijke gevolgen ervan, het belang van bewegen en een gezonde leefstijl (waaronder het verminderen van stress en terugdringen van vermoeidheid en de manier waarop deze leefstijl kan worden verkregen en behouden) en de behandelmogelijkheden.

Aan de orde komen:

  • het gunstige effect van lichamelijke activiteit en individueel afgestemde oefeningen (voor verbetering van de spierkracht en het aerobe vermogen) op het fysiek en mentaal functioneren; 
  • het feit dat lichamelijke activiteit geen nadelige effecten heeft op ziekteactiviteit en radiologische schade;
  • het preventieve en curatieve effect van voldoende lichamelijke activiteit en het beperken van sedentair gedrag bij RA in verband met het verhoogde cardiovasculaire risico bij deze ziekte;
  • het belang van integratie van individuele oefeningen en/of lichamelijke activiteiten in het dagelijks leven om deze oefeningen en activiteiten vol te houden.

Voorlichting en advies wordt mondeling gegeven en schriftelijk en/of digitaal ondersteund, afgestemd op de wensen, voorkeuren en gezondheidsvaardigheden van de patiënt. De patiënt kan worden verwezen naar verschillende (digitale) informatiebronnen, als aanvulling op wat de therapeut aan voorlichting en advies aanbiedt:

Noot 9 Voorlichting en advies

Uitgangsvraag

Wat zijn de aanbevelingen voor voorlichting bij patiënten met RA?

 

Conclusie vanuit de literatuurstudie

In de internationale richtlijn met betrekking tot voorlichting bij patiënten met inflammatoire reumatische aandoeningen van de ‘European League Against Rheumatism’ (EULAR) zijn de volgende aanbevelingen geformuleerd:[1]

  • Voorlichting is een interactief leerproces dat is ontwikkeld om de patiënt te ondersteunen en in staat te stellen hun leven met de aandoening te managen en hun gezondheid en welbevinden te optimaliseren.
  • Communicatie en gezamenlijke besluitvorming van de patiënt en de zorgverlener zijn essentieel voor effectieve voorlichting. 
  • Voorlichting dient integraal onderdeel uit te maken van de geboden zorg om de patiëntbetrokkenheid bij het ziektemanagement en een gezonde leefstijl te bevorderen.
  • Elke patiënt dient (toegang tot) voorlichting te krijgen gedurende het gehele ziekteproces, maar in ieder geval bij de diagnosestelling, bij wijzigingen in de medicamenteuze behandeling en bij lichamelijke en/of mentale problemen. 
  • De inhoud en vorm van voorlichting dient individueel afgestemd te worden op de behoefte van de pa-tiënt.
  • Voorlichting dient face-to-face of online, individueel en/of in groepssessies te worden aangeboden, eventueel gecomplementeerd met telefonisch contact en informatie op papier of via multimedia.
  • Voorlichtingsprogramma’s dienen gebaseerd te zijn op theoretische raamwerken en dienen evidence-based te zijn, bijvoorbeeld zelfmanagement, cognitieve gedragstherapie en stressmanagement.
  • De effectiviteit van voorlichting dient te worden geëvalueerd en de gekozen uitkomstmaten dienen aan te sluiten bij het doel van de voorlichting.
  • Voorlichting dient gegeven te worden door een competente zorgverlener en/of getrainde ervaringsdeskundigen, indien van toepassing in een multidisciplinair team.
  • Zorgverleners die voorlichting geven, dienen toegang te hebben tot en gebruik te maken van specifieke deskundigheidsbevordering, om zodoende over de nodige kennis en vaardigheden te beschikken.

Bij het bevorderen van zelfmanagement is voorlichting en advies over een gezonde leefstijl van groot belang. Een gezonde leefstijl heeft algehele positieve gezondheidseffecten en is bovendien relevant in het kader van het verhoogde cardiovasculair risico bij patiënten met RA, en moet op grond daarvan aandacht krijgen bij de voorlichting aan deze patiëntengroep.[2,3]

 

Van bewijs naar aanbeveling

Op basis van de gevonden literatuur heeft de werkgroep een aanbeveling geformuleerd aangaande voorlichting en advies.

 

Aanbeveling 

Bied patiënten met RA voorlichting en advies op maat ter ondersteuning van effectief zelfmanagement en optimalisering van gezondheid en welbevinden.

Complete uitgangsvraag volgens PICO
Wordt voorlichting en advies (I) al dan niet in aanvulling op de oefentherapeutische interventie aanbevolen bij patiënten met RA (P) ter bevordering van effectief zelfmanagement en een gezonde leefstijl (O).

 

Zoekstrategie

Er is door het KNGF op 3 maart 2017 een zoekactie uitgevoerd naar studies die beschrijven welke voorlichting fysiotherapeuten patiënten met RA moeten bieden om zelfmanagement te bevorderen.

 

Gevonden literatuur

In totaal zijn 755 referenties gevonden. Er is uiteindelijk 1 internationale EULAR-richtlijn geselecteerd voor de beantwoording van de uitgangsvraag.[1]

 

Beschrijving studies 

In de EULAR-richtlijn is het bewijs t/m 2015 samengevat.[1] In deze richtlijn zijn 115 studies geïncludeerd, bestaande uit 11 systematische reviews of meta-analyses, 36 gerandomiseerde studies (gerapporteerd in 44 studies), zeven gecontroleerde studies, negen pre-post-teststudies, 23 cross-sectionele studies en 21 kwalitatieve studies. Op basis van deze studies zijn twee overkoepelende principes en acht specifieke aanbevelingen met betrekking tot voorlichting bij patiënten met inflammatoire reumatische aandoeningen geformuleerd. De EULAR-richtlijn is gebaseerd op literatuur over verschillende typen programma’s: educatieve programma’s (32 studies), zelfmanagementprogramma’s (7 studies), cognitieve gedragstherapie (9 studies) en stressmanagementprogramma’s (6 studies). Daarnaast zijn er drie systematische reviews met betrekking tot deze verschillende voorlichtingsprogramma’s geïncludeerd. 

 

Effectiviteit en bewijskracht

Meerdere systematische reviews die opgenomen zijn in de EULAR-richtlijn hebben aangetoond dat met name programma’s die zijn gebaseerd op een theoretisch raamwerk (met name zelfmanagementprogramma’s, cognitieve gedragstherapie en stressmanagementprogramma’s) een klein maar positief effect hebben op zelfgerapporteerde mate van lichaamsbeweging, pijn, beperkingen in activiteiten, depressieve symptomen, angst en vermoeidheid (4-18 maanden follow-up). De EULAR-richtlijn had een redelijke kwaliteit volgens de AGREE 2.0 (5 van de 7 punten). 

 

Van bewijs naar aanbeveling

De werkgroep heeft een aanbeveling geformuleerd voor de dagelijkse praktijk die is gebaseerd op de EULAR-richtlijn.

  • 1. Zangi HA, Ndosi M, Adams J, Anderson L, Bode C, et al. EULAR recommendations for patient education for people with inflammatory arthritis. Ann Rheum Dis. 2015;74;6:1-9.