Stress (urine-)incontinentie [richtlijn]
B.2 (Aanvullend) lichamelijk onderzoek
De ernst van de SUI is niet alleen afhankelijk van de conditie van de bekkenbodem. Deze wordt mede beïnvloed door de ademhaling, de manier van bewegen en de algemene lichamelijke en psychische gesteldheid. Het is daarom van belang de patiënt zowel lokaal (buik-/bekkenregio) als in totaliteit te onderzoeken.
Niet alle fysiotherapeuten zijn bevoegd om inwendig te onderzoeken en te behandelen bij patiënten met bekkenbodemproblematiek. Het verrichten van inwendig onderzoek of het inwendig behandelen van de genito-anale regio wordt dan ook in de richtlijn steeds specifiek aangegeven.
Het lichamelijk onderzoek bestaat uit inspectie in rust en in beweging, palpatie en functieonderzoek en heeft de volgende doelstellingen:
- vaststellen van de mate van bewuste controle over de bekkenbodem;
- vaststellen van de functie van de bekkenbodemmusculatuur;
- vaststellen of en de mate waarin andere delen van het bewegingsapparaat belemmerend werken op de functie van de bekkenbodemmusculatuur;
- vaststellen van eventuele lokale en andere (algemene) prognostisch ongunstige factoren.
Het lichamelijk onderzoek bestaat uit inspectie in rust en in beweging, palpatie en functieonderzoek en heeft de volgende doelstellingen:
- bepalen van de mate van bewuste en onbewuste controle over de bekkenbodem;
- bepalen van de functie van de bekkenbodemmusculatuur;
- vaststellen of en de mate waarin andere delen van het bewegingsapparaat belemmerend werken op de functie van de bekkenbodemmusculatuur zoals ademhaling, lage rug, bekken en heup;
- vaststellen van eventuele lokale en andere (algemene) prognostisch ongunstige factoren
Algemene informatie
- Alle aanbevelingen
- Inleiding
- A.1 Doelstelling en doelgroep
- A.2 Begrippenkader
- A.3 Epidemiologie
- A.4 Etiologie
- A.5 Prognose
- A.6 Kosten
- A.7 Afbakening
- A.8 Verwijzing versus DTF
- A.8.1 Verwijzing
- A.8.2 DTF
Diagnostisch proces
- Inleiding
- B.1 (Aanvullende) anamnese
- B.2 (Aanvullend) lichamelijk onderzoek
- B.2.1 Inspectie
- B.2.2 Functieonderzoek
- B.2.3 Belemmeringen vanuit andere delen van het bewegingsapparaat
- B.2.4 Lokale en andere (algemene) prognostisch ongunstige factoren
- B.3 Meetinstrumenten
- B.3.1 De PRAFAB-vragenlijst
- B.3.2 Mictiedagboek
- B.3.3 Verbandtest
- B.3.4 Patiënt Specifieke Klachten
- B.3.5 Globaal Ervaren Effect
- B.4 Analyse
- B.4.1 SUI bij de vrouw
- B.4.2 SUI bij de man
- B.5 Genereren van conclusies uit het diagnostisch proces
- B.6 Behandelplan
Therapeutisch proces
- Inleiding
- C.1 Fasering, doelen en verrichtingen
- C.1.1 Informeren en adviseren
- C.1.2 Interventies gericht op vergroting van de algemene fysieke belastbaarheid
- C.1.3 Interventies gericht op vergroting van de belastbaarheid van de bekkenbodem
- C.2 Behandelduur en -frequentie
- C.3 Preventie van bekkenbodem insufficiëntie
- C.4 Evaluatie
- C.5 Afsluiting, verslaglegging, verslaggeving