Nekpijn [richtlijn]

C.4 Afronding van de behandeling

De behandeling wordt beëindigd zodra de afgesproken behandeldoelen zijn bereikt. Ook als de afgesproken behandeldoelen niet zijn behaald, zal de behandeling op enig moment beëindigd moeten worden. Zo is het bijvoorbeeld niet zinvol om de behandeling te continueren indien er geen verbetering is opgetreden na zes weken, aangezien de kans dat er na deze periode alsnog verbetering optreedt klein is. Dit moet expliciet worden besproken met de patiënt vóór de laatste behandelsessie.

Het wordt aanbevolen om het beloop van de behandeling te evalueren tijdens de laatste sessie, met behulp van de N(P)RS en PSK. Daarnaast kan overwogen worden om aanvullende optionele meetinstrumenten af te nemen ter evaluatie, maar alleen indien deze ook eerder in het behandelproces zijn gebruikt en indien het
instrument geschikt is voor evaluatief gebruik (Verantwoording en toelichting).

Ten slotte wordt aanbevolen om bij de afronding van de behandeling de patiënt te adviseren om fysiek actief te blijven, ongeacht eventuele resterende pijn en zich ervan bewust te zijn dat er een kans is op terugkerende nekpijn en dat de prognostische factoren voor een vertraagd herstel (tabel 1) hier vermoedelijk een rol in spelen.