Kennislab: De voorbeschouwing
Voor de eerste bijeenkomsten van Kennislab bespraken Francois Maissan – een van de sprekers – en NVMT-ambassadeur Sander van Dam doen de voorbeschouwing op de bijeenkomsten.
Met complimenten en kritiek. En natuurlijk vanuit de wetenschap én de praktijk.
Waarom is het motto van Kennislab zo belangrijk?
François: ‘Volgens mij is wetenschappelijk onderzoek en zijn de uitkomsten van dat onderzoek pas interessant als de praktijk te herkennen is. Als dat niet het geval is, dan heb je mogelijk niet zo veel aan de uitkomsten en daar zit ‘m vaak de pijn. Als je niet weet dat iemand diabetes heeft, dan heeft het ook geen zin om medicijnen voor diabetes uit te proberen. En als je in de manuele therapie niet met een bepaalde zekerheid weet dat iemand dat mankeert waar de interventie voor bedoeld is, dan weet je ook niet of het effect klopt in de dagelijkse manueel therapie praktijk.’
Sander: ‘Dat is een boeiende. Bedoel je dan eigenlijk dat de diagnostische criteria niet altijd toereikend zijn?’
François: ‘Ik denk dat we empirisch veel weten in de manuele therapie, maar dat we de diagnostische waarde en validiteit nog beter kunnen onderzoeken. Zodat een interventie ook beter matched met de diagnostiek. De titel van mijn bijdrage op 8 en 22 mei is ‘Wetenschap, vriend of vijand?’ Zeg het maar aan het einde van de rit. De wetenschappelijke methodes zijn goed in de manuele therapie, maar de klinische inbedding is soms minder goed, en daar ben ik al vijf jaar mee bezig!’
Sander: ‘Eigenlijk wil je ernaar streven dat de inclusiecriteria veel specifieker worden beschreven en dan is de onderzoekspopulatie belangrijk, die moet je dan wel kunnen vinden.’ François: ‘Ja, precies. Dat is exact wat er zou moeten gebeuren. Je hebt een passende populatie nodig die geïndiceerd is voor een manueel-therapeutische interventie.’
Hoe breng je de wetenschap in de praktijk?
Sander: ‘Het is soms best lastig om een artikel goed te lezen, te kijken waar het over gaat en te bedenken: wat heb ik dan aan dat artikel voor de patiënt die nu in mijn kamer zit. Aan de andere kant geeft zo’n artikel ook richting, de wetenschap geeft in ieder geval de basis. Als je mij als practicus vraagt wat we nodig hebben, is dat het vertalen van wetenschap naar de dagelijkse praktijk. Dat is waar we een brug kunnen slaan.’
En hoe weet de wetenschap wat je nodig hebt?
Sander: ‘Als wetenschappers in gesprek gaan met fysiotherapeuten of zelf in het veld werken. Idealiter zeg je als wetenschapper: potverdorie, ik loop hier tegenaan, hoe zit dat nou? De wetenschap heeft de praktijk nodig om goede vragen te kunnen stellen.’
François: ‘In de praktijk heb je kans op conformation bias: je onthoudt sneller de mensen waar de behandeling goed ging. In wetenschappelijk onderzoek neemt de kans op deze bias af, afhankelijk van de toegepaste methode van onderzoek. Daardoor kijk je op een andere manier naar de dagelijkse praktijk vanuit wetenschappelijk onderzoek.’ Sander: ‘Ik vind het mooi om te horen hoe kritisch je ook bent op wetenschappelijk onderzoek.’ François: ‘Daar gaat mijn praatje over.’
Waarom vinden jullie dat iedereen naar de Kennislab-bijeenkomsten moet komen?
François: ‘Mensen die positief én negatief staan tegenover wetenschappelijk onderzoek kunnen hun mening nuanceren.’ Sander: ‘Dat is een heel mooi punt. Als ja altijd op je eigen gevoel vertrouwt, dan kun je fouten maken. Wetenschap helpt bij het opsporen van die fouten. Helaas heeft de wetenschap nog niet alle antwoorden voor de individuele patiënt.’
François: ‘Ik zal ook vragen stellen. Het wordt heel interactief. Ik laat zien dat we als manueeltherapeuten doorvragen. En ik ben benieuwd hoe mensen het zelf doen. Hoe meet je zelf of een patiënt zich als beter beschouwt? Komt het door jouw interventies dat het beter gaat met een patiënt?’
Sander: ‘Ik ben wel benieuwd, Francois, je bent best kritisch. Op welk punt wil je de wetenschap eigenlijk verdedigen? Waarom kunnen we niet zonder?’
François: ‘Zonder wetenschap blijf je je altijd afvragen: Is dit nu de oplossing? Onderzoek helpt om de kwaliteit van de zorg te verbeteren. Sinds ik de wetenschap ontdekt heb doe ik dingen anders.
Vroeger werd er gewoon verteld hoe het zat. Je volgde de goeroe. Nu ben ik me bewust van mijn onzekerheden. Wat doe ik? Is deze oplossing geschikt voor iedereen of alleen voor een bepaald clubje? Welke zaken spelen nog meer een rol? Er zijn een hoop vragen bijgekomen, maar we snappen ook meer. Wetenschap helpt, we leggen mensen niet meer op een houten plank, maar weten dat bewegen goed is.’
Sander: ‘Een voorbeeld is ook de behandeling van zenuwpijn in de rug. Vroeger mochten mensen niets doen, nu weten we dat het beter is om in beweging te blijven.’
François Maissan is Hoofd Orthopedische manuele therapie aan de Hogeschool Utrecht. Hij promoveerde in 2022 op het onderzoek ‘Non-specific neck pain; to match or not to match?’
Sander van Dam is manueel therapeut bij TIGRA Leeuwarden en docent bij de opleiding fysiotherapie aan de Hanzehogeschool. Voor de NVMT is Sander ambassadeur, daarnaast werkt hij mee aan het project Merk Manuele Therapie.