Paramedische richtlijn parkinson met beslisondersteuning

B.2 Lichamelijk onderzoek

Door de bij de patiĆ«nt aanwezige beperkte activiteiten, verkregen uit de Intakevragenlijst en de anamnese, op volgorde van belangrijkheid te zetten, wordt duidelijk op welke domeinen het lichamelijk onderzoek zich moet richten; werkkaart 2 is hierbij een hulpmiddel.

Het lichamelijk onderzoek richt zich op de meest voorkomende stoornissen en beperkingen in activiteiten. Werkkaart 2 is gemaakt om de fysiotherapeut hierbij te helpen. Deze werkkaart bestaat uit een checklist, waarbij per domein de meest voorkomende stoornissen en beperkingen in activiteiten worden vermeld. Ook wordt aangegeven welke meetinstrumenten het beste gebruikt kunnen worden om op een gestructureerde, objectieve manier inzicht te krijgen in de vermelde stoornissen en beperkingen in activiteiten. Hoewel fysiotherapeutische behandeling gericht is op het voorkomen van beperkingen in activiteiten en op het verbeteren of op peil houden van de activiteiten en participatie, raadt de werkgroep aan om ook te kijken naar stoornissen.

Door tijdens de uitvoering van een bepaalde activiteit (zoals lopen) het vermogen te beoordelen, kan inzicht verkregen worden in het hoogst aannemelijke functioneringsniveau dat iemand op een bepaald moment binnen een bepaald domein kan bereiken. Daarom is het belangrijk om te registreren onder welke omstandigheden een beoordeling plaatsvindt. Dit wordt verder uitgewerkt in paragraaf B.3.

Paramedische richtlijn parkinson met beslisondersteuning