KNGF Behandelprotocol fysiotherapie op de intensive care

Dit behandelprotocol is van toepassing op alle patiënten die zijn opgenomen op de intensive care, ongeacht de diagnose of de ernst van de ziekte. Het protocol bevat fysiotherapeutische aanbevelingen voor het diagnostisch en therapeutisch proces ten aanzien van de veiligheid, de interventies en het gebruik van klinimetrie.

Door verbeteringen in de medische zorg is de overlevingskans van patiënten die worden opgenomen op een intensive care (IC) gestegen. Dit leidt tot een toenemend aantal patiënten met langdurige fysieke, mentale en cognitieve problemen en beperkingen in het dagelijks leven. Deze problematiek wordt sinds 2012 beschreven als het ‘post intensive care syndroom’ (PICS). Veel IC-overlevenden ontwikkelen ernstige spierzwakte en verminderde inspanningstolerantie. Er is steeds meer wetenschappelijk bewijs dat met onder andere fysiotherapie de nadelige gevolgen van ernstige ziekte, bedrust en inactiviteit voor het respiratoire en fysieke functioneren kunnen worden beperkt. Ook is er steeds meer wetenschappelijk bewijs dat fysiotherapie veilig kan worden toegepast bij patiënten op de intensive care. De fysiotherapie speelt een belangrijke rol in het interdisciplinaire team op de intensive care.

Het behandelprotocol is gebaseerd op Sommers et al. (2015) en is aangevuld met recente wetenschappelijke inzichten en de expertise van fysiotherapeuten die werkzaam zijn op de intensive care. Op basis van al deze kennis is een vertaalslag gemaakt naar praktische aanbevelingen voor de dagelijkse praktijk.