Femoroacetabulair impingement theoretisch beschouwd
Met name actieve jongvolwassenen die vaak activiteiten met herhaalde of aanhoudende heupflexie uitvoeren en afwijkende botstructuren en beweegpatronen van de heup hebben lopen meer risico op een femoroacetabulair impingement syndroom. In een theoretisch model beschrijven Amerikaanse wetenschappers welke factoren en processen bijdragen aan het ontstaan en beloop van heupimpingement.
Auteur: Lonneke van Berkel, John Bos
Publicatiedatum: 15 april 2020 Bron: Npi service , jaargang 2020 (9) nr. 3b , pagina's
Je moet inloggen om deze content te bekijken.