2023-logo-het-grote-zorgdebat.jpg
16 november 2023

Partijen in debat over zorgthema’s

Veel kiezers geven aan dat ze de zorg een belangrijk verkiezingsthema vinden. Toch krijgt dit thema tot nu toe nog weinig aandacht in de verkiezingscampagnes. Op maandag 13 november kwam daarin verandering met Het Grote Zorgdebat. Een brede coalitie van zorgorganisaties, waaronder het KNGF, hebben dit verkiezingsdebat georganiseerd in het Beatrixtheater in Utrecht. Naast een vol theater keken ook duizenden mensen online mee.

In vier rondes gingen de negen kandidaat-Kamerleden van BBB, CDA, ChristenUnie, D66, GroenLinks-PvdA, NSC, PVV, SP en VVD met elkaar in debat over de thema’s preventie, arbeidsmarkt, passende zorg en de impact van vergrijzing. Elke debatronde werd ingeleid door een filmpje met straatinterviews. Vervolgens gingen verschillende kandidaten hierover de confrontatie aan naar aanleiding van een stelling.

Preventie en gezondheidsverschillen

Bij het thema preventie ging het vooral over de vraag of gezondheidsdoelen wettelijk moeten worden vastgelegd. Hierover verschilden de meningen duidelijk. Zo vroeg Agema (PVV) zich af wat er dan moet worden vastgelegd: ‘De enige manier om te investeren in preventie is het afschaffen van het eigen risico. Ook verlaging van de btw op boodschappen is effectiever dan weer een nieuwe wet.’ Drost (ChristenUnie) vond ook dat je gezondheidsdoelen niet wettelijk moet vastleggen, maar dat verschillende maatschappelijk partners juist samen moeten werken aan het verkleinen van gezondheidsverschillen. ‘Veranderingen gaan veel te langzaam. Maar daarnaast moeten we ook kijken waar de oorzaken liggen van die verschillen. De zorgsector moet niet alles oplossen, maar de overheid moet het veel breder trekken en investeren in preventie’, aldus Paulusma (D66). Zij wilde wel wettelijke gezondheidsdoelen. De politici erkenden wel dat er flinke gezondheidsverschillen in de samenleving bestaan en dat terugdringing van die verschillen belangrijk is.

Arbeidsmarkt en bureaucratie

Bij het thema arbeidsmarkt ging het vooral over het verminderen van de bureaucratie. De meeste partijen vonden dit belangrijker dan meer salaris om het werken in de zorg aantrekkelijker te maken. Pouw-Verweij (BBB): ‘De uitstroom van zorgpersoneel komt door de vinkjesvermoeidheid en de tijd om alles goed in het EPD te krijgen.’ Ze wil meer dwang door zorgpartijen op hun budget te korten als ze de doorgeschoten verantwoording van hun medewerkers blijven eisen. Van den Brink (CDA) maakte een punt van het toenemend aantal zzp’ers: 'Als we de zorg aantrekkelijker maken, voorkomt dat ook dat mensen zzp’er worden. Heel lang wordt er al gepraat over terugdringen van de bureaucratie, maar je moet het wel doen.’ Jansen (NSC) vond dat met een wijzing in het belastingstelsel meer werken ook meer moest lonen. Dijk (SP) hamerde vooral op het belang van hogere salarissen.

Passende zorg en fysiotherapie

Wat passende zorg is, moet volgens de meeste partijen worden bepaald door de overheid. De concrete invulling is vervolgens een verantwoordelijkheid van zorgverlener en patiënt samen. VVD en CDA wezen erop dat dan wel duidelijk moet zijn welke behandelingen bewezen effectief zijn. Tielen (VVD): ‘We weten nog heel weinig over de kwaliteit van leven.’ Meer kennis daarover helpt volgens haar om de effectiviteit van behandelingen te bepalen. Bushoff (GroenLinks-PvdA) noemde enkele keren fysiotherapie als een bewezen effectieve behandeling die nu slechts heel beperkt in de basisverzekering zit. Daarom moet volgens hem meer fysiotherapie uiteindelijk in de basisverzekering komen.